Van student naar starter? Na de studie starten met werken. Je hebt gesolliciteerd en bent aangenomen bij een nieuwe baan. Erg leuk en leerzaam, maar ook wel spannend. Hoe maak je een goede indruk? Zal het werk bevallen? Kun je aan de verwachtingen voldoen? Lees 10 tips die helpen om van je eerste baan een succes te maken.
- Stel vragen
Wees niet bang om vragen te stellen. Zeker in het begin moet je nog veel leren. Je leert het best wanneer je collega's om hulp en advies vraagt. Vragen stellen is een goede manier om betrokken te raken en je vakkennis te vergroten. - Focus op je baan
Een nieuwe baan vraagt veel van je. Veel nieuwe indrukken kosten energie. Focus in het begin op je baan en zet andere activiteiten tijdelijk op een lager pitje. Ga op tijd naar bed en zorg goed voor jezelf. - Ontdek hoe de organisatie in elkaar zit
De afdeling waar jij werkzaam bent is vaak onderdeel van een groter geheel. Zorg ervoor dat je de structuur van de organisatie kent en dat je bekend bent met de algemene visie en missie van het bedrijf. Zoek ook uit wie belangrijke mensen zijn in de organisatie, misschien heb je ze ooit nodig! - Wees je bewust dat je theorie iets anders is dan praktijk
Vaak gaan zaken in de praktijk anders dan je tijdens je opleiding hebt geleerd. Probeer niet gelijk kritiek te uiten. Zoek eerst uit waarom de organisatie voor een bepaalde manier van werken kiest. Heb je goede suggesties dan kun je deze natuurlijk wel opnoemen bij je leidinggevende. Misschien heb je wel een goed idee wat effect heeft. - Leer de geheimtaal
Iedere organisatie heeft haar eigen termen, ofwel vakjargon. Wanneer je een woord of afkorting (vaak) hoort, vraag dan aan je collega's wat het betekent. Probeer de termen actief te onthouden en te gebruiken. Op die manier kun je beter communiceren met je collega's en hoor je er sneller bij.
- Geef je grenzen aan
In het begin ben je misschien geneigd om overal 'ja' op te zeggen. Bedenk bij iedere taak goed of jij degene bent die het gaat uitvoeren. Heb je er geen tijd voor? Zeg dan gerust 'nee' en geef je grenzen aan. Heb je wel tijd maar nog niet de kennis? Vraag dan hulp aan een collega. - Neem de tijd om te groeien
Onthoud goed dat je net begonnen bent. Er is veel te leren en je krijgt veel informatie te verwerken. Gebruik de periode als junior om fouten te maken, ervaring op te doen en ideeën te opperen. Neem de tijd om te groeien en te leren. Je hoeft niet alles in één keer te kunnen. - Kom op tijd en kleed je gepast
Een eerste indruk is belangrijk. Laat aan je collega's en leidinggevende zien dat je er voor gaat. Weet je niet wat je aan moet trekken? Trek voor de zekerheid iets netjes aan op de eerste dag. Kijk goed om je heen wat je collega's dragen en conformeer je aan de kledingcode. - Luister goed
Probeer de namen van je collega's te onthouden. Luister goed naar alle informatie die je krijgt. Besteed ook aandacht aan informele gesprekken. Door actief te luisteren leer je het beste en kom je geïnteresseerd over. - Doe mee met je collega's
Is er een vrijdagmiddagborrel of gaan je collega's tijdens de lunch wandelen? Ga dan met ze mee. Op die manier maak je contact met je collega's. Wordt er iets georganiseerd? Stel dan voor om te helpen met de voorbereiding. Zo leer je de mensen beter kennen en zie je hoe alles informeel geregeld wordt.